Bodemvondsten uit Hohr – Westerwald
In november 1975 werd even buiten Höhr-Grenzhausen richting Hilgert een industrieterrein aangelegd. De grond werd eerst opgehoogd met afgegraven grond uit de stad en een week later bedekt met een dikke laag nieuw zand. De afgegraven grond bleek vol met pijpenafval te zitten, waaronder heel veel vrijwel gave koppen die letterlijk voor het oprapen waren. Vermoedelijk is dit afval van de pijpenfabriek J.Schilz-Müllenbach uit Höhr. Een pijp was gemerkt met JSM en enkele specifieke modellen staan alleen in hun catalogus. Datering van de pijpen is 1e helft van de 20e eeuw.

Een gegoten (nog ongeglazuurde) pijp met de tekst “Honi soit qui mal y pense” een hoge ridderorde van de Orde van de kousenband. Catalogus J.Schilz Müllenbach nummer 538

Een gegoten (nog ongeglazuurde) pijp. Voorstelling: De duivel die een gillende vrouw in haar hals wil bijten

Mannenkop met hoed, gemerkt JSM op het stukje steel

Links mevrouw Washington (gegoten pijp), midden een ramshoofd (catalogusnr. 76) en rechts Paul Krüger


Koppen van A. Bebel in rood en wit

Een rokende kabouter op een paddenstoel

Bron: Mededelingen mevr.Bol
Afbeeldingen: particuliere collectie